Het clubseizoen zit erop en Oranje is weer bij elkaar om te strijden in de Volleyball Nations League (VNL).
Het Nederlands Dames Volleybalteam was voor de VNL ook in Nederland en speelden maar liefst zes wedstrijden voor eigen publiek. Een mooie kans voor ons om weer aan tafel te schuiven voor interviews met de meiden. We gingen aan tafel met Femke Stoltenborg.
Femke Stoltenborg is bijna 27 jaar, komt uit de Achterhoek en groeide op in een gezin met haar ouders Stanny en Josefien, een broer (Bas) en twee zussen (Didi en Lianne). De kamergenote van Femke bij Oranje is Myrthe Schoot.
Toen de Oranjedames in Japan begonnen aan de VNL, was Femke nog in Nederland aan het trainen op Papendal. Geen reden tot zorgen, Femke draait gewoon mee in het team, maar kreeg wat extra tijd om te herstellen van de competitie waarin ze uitkwam. Laura (Dijkema) en Britt (Bongaerts) konden al eerder beginnen met trainen met de rest van het team en waren daardoor ready om af te reizen naar Japan.
Op Papendal heeft Femke niet stil gezeten. Ze heeft meegetraind met het Talentteam en heeft doorgepakt met krachttrainingsessies. Het was ook wel fijn om ’s avonds gewoon bij de familie thuis te kunnen zijn, want na een periode in het buitenland is thuis zijn wel lekker. “Ik kijk er ook wel naar uit om in Apeldoorn en Rotterdam weer mee te spelen hoor, ik mis de meiden en de gezelligheid wel!”, lacht Femke.
Hoe ben je eigenlijk met volleybal begonnen?
“Mijn ouders en mijn zusje volleybalden altijd al, eigenlijk heeft iedereen wel aan volleybal gedaan in de familie. Ik begon met turnen en paardrijden en we speelden met de familie volleybalpotjes in de tuin. Op een gegeven moment sloeg mijn zusje steeds beter aan en ik dacht toen, dat moet ik ook beter kunnen en ben op mijn 12e op volleybal begonnen bij Longa ’59.”
Wanneer kwam het moment dat je dacht: ‘Hey, dit volleyballen, dit kan wel eens mijn carrière worden’?
“Dat kwam bij mij heel laat. Ik was er zelf niet zo van overtuigd dat ik het professionele niveau ging halen. Ik wilde in eerste instantie in de eredivisie Dames 1 bij Longa ‘59 spelen. Met die motivatie voor ogen vond ik het leuk om de uren te maken die hiervoor nodig waren om beter te worden. Bij Dames 1 bij Longa ’59 heb ik uiteindelijk niet gespeeld. Wel ben ik aan de slag gegaan in de eredivisie in Amstelveen.
Daarna ben ik doorgestroomd naar het Talentteam op Papendal en ben mee gaan trainen met Jong Oranje. Destijds werd de spelverdeelster van Oranje zwanger en werden Laura (Dijkema) en ik uitgenodigd om mee te draaien met Dames Oranje. En nu sta ik hier, in het Nederlands Dames Volleybalteam, als spelverdeelster!”
Heb je altijd spelverdeler willen zijn?
“In eerste instantie heb ik altijd meer in de aanvalspositie willen spelen, maar in de trainingen bleek dat ik goed functioneerde als spelverdeler en dus ben ik op die positie verder gegaan. Het is ook een mooie positie omdat je verantwoordelijkheid draagt voor het verloop van het spel.”
Volleybal je fulltime of is er nog tijd voor iets anders?
“Naast volleybal vind ik het fijn om productief met iets anders bezig te zijn. Wanneer mijn volleybalcarrière afloopt, dan zou ik graag basisschooldocent worden. Maar de Pabo of de studie pedagogische wetenschappen worden niet aangeboden via de Open Universiteit. De flexibiliteit die de Open Universiteit biedt, heb ik wel nodig als ik het wil combineren met volleybal. Daarom volg ik nu de studie psychologie, dat is ook een goede basis als je docent wilt worden.”
Rusland
Het vorige seizoen startte best lastig. Je zou in Rusland aan de slag gaan, maar dat ging last minute niet door. Toen kon je spelen bij Ladies in Black in Aachen. Hoe ging afgelopen seizoen?
“Het afgelopen seizoen speelde ik bij Allianz MTV Stuttgart. Dat was leuk! Ook Nika (Daalderop) en Deborah (van Dalen) speelden daar. We hebben zilver behaald in de Bundesliga. In het aankomende seizoen kijk ik uit naar een nieuwe uitdaging bij Lodz in Polen. Ik ben benieuwd naar die competitie en de uitdaging daar. Maar eerst vlammen bij Oranje!”
Wat was de eerste wedstrijd die je voor Oranje uitkwam en hoe ging dat?
“Het was tijdens de Montreux Masters in Zwitserland in 2010. Ik weet niet meer tegen wie we speelden, maar ik mocht invallen en enkele ballen meedraaien en ik weet dat ik het heel spannend vond.”
Aan welke wedstrijd denk je nog met plezier terug?
“Vorig jaar tijdens het spelen van de WK-kwalificaties, daar heb ik echt van genoten. We speelden voor eigen publiek, ik zat goed in het spel, het draaide lekker met het team en we kwalificeerden ons. Dat was echt top. Waar ik ook positief op terugkijk, zijn de kwalificaties voor de Olympische Spelen in 2016. Toen konden Judith (Pietersen) en ik in het veld komen en hebben we met het team de set kunnen omdraaien, dat was echt gaaf.”
Heb je ook een flinke teleurstelling meegemaakt in een wedstrijd?
“Ja, dat hoort er natuurlijk ook bij. Voor mij was dat de halve finale van de Olympische Spelen in Rio de Janeiro. Alles zat zo dichtbij, als we maar 1 puntje onze kant op hadden kunnen trekken dan hadden we voor medailles kunnen gaan. Maar ja, dat is helaas niet gelukt.”
Om te kunnen presteren in de wedstrijden, moet er flink getraind worden. Welk onderdeel van de trainingen vind je het leukst om te doen?
“We hebben een onderdeel in de training dat de bal aangegooid wordt zodat ik de setup kan maken en dan moet ik hem in de korf mikken. Hiermee leren we zo accuraat mogelijk aanspelen en passen. Een belangrijk onderdeel, zeker als spelverdeler. Wat ik ook leuk vind, is wanneer door veel te herhalen ik zie en merk dat de techniek steeds beter gaat. En natuurlijk vind ik het spelletje leuk en dus oefenpotjes doen met het team.”
Welke techniek in het volleyballen vond of vind je het moeilijkst om onder de knie te krijgen en waarom?
“Het is misschien niet zo zeer een techniek, maar ik merk dat onderlinge communicatie de sleutel is voor succes. Het is heel belangrijk om goed, snel en helder af te stemmen wie de bal pakt als iemand beter in positie staat voor de setup dan de spelverdeler. Niets ergers dan tegen elkaar oplopen in een miscommunicatie.
Wat is het grootste doel dat je in de aankomende jaren wilt halen op het gebied van volleybal?
“Ik wil graag een medaille op het WK halen! Dat houd ik voor ogen en dat motiveert goed.”
Quick Questions:
De vragen worden snel gesteld, wat als eerste in je opkomt is het antwoord. Daar gaan we: drie – twee – een, let’s go!
De stad of de boerderij?
“De boerderij” (Femke is opgegroeid op een melkveehouderij in Harreveld)
Liever de boodschappen doen, koken of afwassen?
“Euh, dan liever toch de boodschappen doen.”
Luie vakantie of actieve vakantie?
“Alleen maar lui vind ik niets en alleen maar actief, dat ben ik de rest van het jaar al, dus het liefst een vakantie met activiteiten en relaxen, 50%-50% dus.”
Wat mis je het meest van thuis als je in het buitenland bent?
“Mijn blender! Om sappen en smoothies te maken. Bij ons thuis in Harreveld hebben we de groenten in de tuin staan, die kan ik er gewoon uit halen en vers in de blender doen met bijvoorbeeld wat fruit. Veel verser kan het niet! De boerenkool is nu net geplant en eind juli kunnen we dat gaan oogsten. Nu gebruik ik snijbiet of spinazie, net wat er qua seizoen groeit of in de koelkast ligt.”
Chips of Chocola?
“Chocola, eigenlijk alle soorten, maar ik probeer meestal wel de 70% pure chocola te nemen. Ik vind het vooral leuk om verschillende soorten af te wisselen en ik eet ook graag M&Ms!”
Spijkerbroek, jurkje of trainingsbroek?
“Ja, toch de trainingsbroek.”
Bellen of appen?
“Dat is afhankelijk van met wie ik contact heb/moet hebben. Goede gesprekken doe ik liever bellend en appen voor de korte snelle dingen.”
Liever een hond of kat of een koe?
“Een actieve hond die niet al te klein is.”
Olympisch kampioen of Wereldkampioen?
“Olympisch kampioen.”
Het onmisbare product in je sporttas:
“Mijn deo. Ik heb er eentje zonder toegevoegde stoffen als parabenen. Deze haal ik in Duitsland bij de DM (drogisterij). Ze hebben daar sowieso veel biologische producten die beter zijn voor mens, dier en milieu.”
Femke bedankt voor dit gezellige interview en een inkijkje in hoe jouw leven er uitziet. We wensen je veel succes tijdens het Oranje seizoen! #Let’s Go Orange!
Wil je meer ‘Aan tafel met’ interviews lezen?
Aan tafel met Quinta Steenbergen
Aan tafel met Yvon Beliën
Aan tafel met Nika Daalderop
Aan tafel met Rett Larson
Aan tafel met Maret Balkestein-Grothues
